Een dag uit het leven van een Tour de France-dokter

Door WeLoveCycling

Een gesprek met Dr. Jost Paul-Henri na de zesde etappe van de Dauphiné. “Voor ons was het een goede dag”, zegt hij, doelend op het feit dat zich geen valpartijen hebben voorgedaan. De ervaren anesthesist klinkt ontspannen en blij, omdat hij zijn medische expertise niet nodig heeft gehad.

Neutrale medische hulp

Elke wielerploeg in de Tour de France heeft een eigen medische staf die zich buigt over het welzijn van de renners. Maar de wedstrijdorganisatie, Amaury Sport Organisation (ASO), heeft ook een neutraal medisch team dat zo nodig in actie komt. Ik vraag Paul wat er in de Tour zoal bij zijn werkzaamheden komt kijken.

“Ik ben de medisch verantwoordelijke tijdens de Dauphiné, maar in de Ronde van Frankrijk ben ik de tweede man achter Dr. Florence Pommerie. In koers is het vooral een kwestie van de renners volgen en als er een valpartij is…” Dan schiet je te hulp? “Ja!”

Alles op de juiste plaats

Je zult waarschijnlijk denken dat het werk grotendeels bestaat uit wachten tot er iets gebeurt. Hoewel heftige valpartijen voor altijd tussen de oren blijven zitten, komen ze gelukkig maar mondjesmaat voor. Dat betekent echter niet dat het werk van het medisch team eenvoudig is. De doktoren moeten zich in de wedstrijd voortdurend verplaatsen, passend bij de ontwikkelingen in koers.

“Het moeilijkste deel van ons werk is om ervoor te zorgen dat elke ambulance op de juiste positie in de wedstrijd zit, afhankelijk van de situatie.” Met andere woorden: Paul-Henri wikt en weegt constant waar zijn voertuigen het beste kunnen rijden om wanneer nodig zo goed mogelijk medisch te assisteren. De wedstrijd mag daarbij niet beïnvloed worden.

“We proberen om altijd op de beste plek te zitten en om twee voertuigen per groep te hebben.” Dus je bent meer op je gemak als er een overzichtelijke koerssituatie is, bijvoorbeeld een ontsnapping met daarachter een achtervolgend peloton? “Ja”, zegt Paul-Henri. “We proberen daarbij de afstand tussen het peloton en de ambulance zo klein mogelijk te houden.”

Praktisch

Wat het verschil is tussen de Dauphiné en de Tour, wil ik weleens weten. “In de Dauphiné hebben we één hoofdwagen en vier ambulances. Maar in de Tour rijden we met twee centrale wagens, vier ambulances en een motor.”

De motor vervult een cruciale rol in met name de zware etappes, als renners bergen van hors catégorie beklimmen en het doorgaans wat moeilijker is voor de grotere voertuigen om snel boven te komen. De val van Richie Porte in de etappe naar Chambery, in 2017, liet bovendien zien dat er goed wordt samengewerkt tussen de medici van de ASO en de Franse luchtambulancedienst.

Kritische situatie

Paul-Henri probeert zo rustig als hij kan te vertellen over zijn werk vanuit de neutrale wagen. Maar de werkelijkheid is ontnuchterend. Paul-Henri assisteerde eerder dit jaar als medicus in Parijs-Roubaix, de editie waarin Michael Goolaerts een hartaanval kreeg – tragisch genoeg overleed hij aan de gevolgen daarvan. De dokter weet dus welke risico’s er voor Tour-renners op de loer liggen.

Manuele Mori krijgt medische assistentie tijdens een val in de 9e etappe van de Tour de France 2017.

 

Ik vraag hem in hoeverre de ASO het neutrale medisch team raadpleegt bij het uitzetten van de etappes. “We worden vroegtijdig betrokken door de Tour de France. We worden gehoord als er besluiten moeten worden genomen voor gevaarlijke etappes. We werken het hele jaar samen [met de ASO] en we kennen elkaar door en door.”

Ik vertel hem dat ik versteld sta van de zwaarte van het Tour-parcours van 2018 en vraag of er misschien etappes zijn waarover Paul-Henri zich enige zorgen maakt. “Nee, ik denk het niet…” Daarbij moet ik denken aan een opmerking van Dr. Pommerie die zegt dat ze altijd verrast wordt door de hoge pijngrens, de sterke wil en tegelijkertijd de vriendelijkheid van de renners, ook nadat er iets is gebeurd.

Welzijn renners heeft prioriteit

Ik vraag Paul-Henri naar de relaties met de teams. “Die is heel goed, want we hebben samen het beste met de renners voor. Ook onze samenwerking met de UCI en het anti-dopingteam is uitstekend.”

“We trekken nauw op met de medische staf en spreken met elkaar. Als er problemen zijn met renners, dan staan wij klaar om te helpen. Maar, en dat is maar goed ook, we hoeven niet vaak naar het ziekenhuis.”